LUISTER naar de ezel en de beer

luister naar de ezel en de beer kaft

‘Ik wil dat er iemand naar me luistert,’ zei de beer. ‘Altijd. Elke dag, de hele dag.’
De beer keek de ezel aan. ‘Wil jij misschien altijd naar mij luisteren?’
‘Nee,’ zei de ezel. ‘Niet altijd. Niet elke dag. Vraag dat maar aan iemand anders.’

Eigenzinnig zijn ze. Avontuurlijk, vindingrijk. Nukkig, maar ook lief. Soms filosofisch, maar minstens zo vaak wonderlijk pragmatisch. De ezel en de beer zijn vrienden voor het leven. Ze gaan geen uitdaging uit de weg. Geen berg is ze te hoog, geen situatie te gevaarlijk. De 40 verhalen over de ezel en de beer zijn ontwapenend, geestig, spannend en hartverwarmend.

Uitgeverij Pelckmans, 2023, NUR 277, 4+
ISBN 9789463373128
Tekst en Tekeningen: Aby Hartog
Je kunt het boek in je favoriete boekhandel kopen, maar b.v. ook hier bestellen:

Hieronder staan een aantal reacties op het boek.

LIBRIS-kinderboekeninspiratie:
Wat een heerlijk origineel voorleesboek Ik had nog nooit een boek van Aby Hartog gelezen maar weet nu al zeker dat ik dat voortaan wel ga doen want het zijn fantastisch humoristische verhalen. Ik heb om zoveel verhalen moeten lachen. Een paardenbloem die boos is als hij door een ezel uitgeblazen wordt. Een fruitboom die zijn vruchten naar een ezel en een beer gooit omdat hij kwaad is op fruitplukkers. En als de beer en de ezel zeggen dat ze geen fruitplukkers zijn maar uitleggen dat ze zijn fruit juist niet lekker vinden is de boom kwaad en is hij beledigd omdat ze zijn vruchten vies vinden. Een beer die vindt dat zijn billen te dik zijn en dus aan de lijn gaat doen. Ieder verhaal gaat over situaties die echt een lach oproepen bij alle voorlezers en ieder kind. Ik zou de verhalen gewoon overdag gaan voorlezen en niet voor het slapen gaan want ik ben bang dat de kinderen aan één verhaal niet genoeg zullen hebben.
Ineke van Nispen
leesknokploeg:
‘Wat doe je?’ vroeg de ezel. ‘Ik maak een cocon’, zei de rups. ‘Waarom? vroeg de beer. ‘Daarom,’ zei de rups. De rups spon zich helemaal in. Hij was niet meer te zien.
Ezel en beer zijn vrienden voor het leven. Ze maken van alles mee, wonderlijke dingen, bijzondere, saaie, grappige of verdrietige dingen.
De laagdrempelige dialogen tussen ezel en beer zijn soms filosofisch waardoor een mooi gesprek op gang kan komen. Want wat zou jij denken als iemand zegt dat je dikke billen hebt? En wat zou je doen als je dorst krijgt in de woestijn? Of hoe kun je toch het laatste licht vangen?
Een klein verhaal, groots geschreven. Voor kleuters maar ook goed in te zetten voor kinderen uit groep 3 en 4.
Geschreven door Aby Hartog Gelezen door onze Esther.
⭐️⭐️⭐️⭐️
Boekenfreaks
Een heel leuk boekje vol met grappige, ontroerende en lieve verhaaltjes over twee beste vrienden.
De ezel en de beer.
De ene keer lijkt een verhaaltje werkelijk nergens over te gaan, terwijl je er de andere keer echt wel een mooi en belangrijke boodschap in leest.

Waar gaat dit boek over;
Het zijn hele lieve, grappige, humoristisch verhaaltjes vaak met een nuttige/praktische kijk op dingen.
De ezel en de beer zijn beste vrienden en maken samen heel wat avonturen mee.
Soms maken ze ruzie, maar vaker nog doen ze alles samen.

Wat vind ik van dit boek;
Ik moest erg vaak lachen tijdens het lezen, want de beer en de ezel hebben zo’n simpele, bijna domme manier van converseren, dat het ontzettend humoristisch overkomt ook al zal dat niet elke keer zo bedoeld zijn.
Sommige verhalen slaan werkelijk nérgens op en dan dacht ik ‘waarom lees ik dit ook alweer?’, maar ik heb o veel verhaaltjes erg moeten lachen.
Aby Hartog heeft echt een aparte manier van schrijven en soms betekend dat ook dat ik echt even niet wist wat ik met een verhaaltje aan moest, maar in veel verhaaltjes lees je ook bepaalde lessen en dat is heel mooi.
Er zijn niet heel veel illustraties, misschien 1 of 2 per verhaaltje, en super mooi zijn ze misschien ook niet te noemen, maar ze passen wel héél goed bij het gevoel dat de ezel en de beer je geven, lekker simpel.
De manier van illustreren is echter wel echt die van Aby, want de boeken die hij zelf heeft geïllustreerd zien er zo uit.
Er zit ook een verhaaltje in die in deze tijd helaas héél erg actueel is, ezel noemt beer dik, en beer gaat afvallen terwijl ezel dat helemaal niet wilde of zo bedoelde met alle gevolgen die erbij komen kijken.
Een heel mooi boekje met verhaaltjes die niet alleen maar vermakelijk zijn maar ook vaak een boodschap bevatten.
Lees soms wel even tussen de regels door, dan ontdek je een andere wereld.
Ilse, op boekenfreaks.nl
Kinderboekenjournaal
Mooi in al zijn eenvoud…
‘Kan jij me leren hoe ik in bomen moet klimmen? vroeg de ezel. Ik kom gewoon aangerend, zei de beer, én als de boom er is, dan ren ik door, maar dan omhoog. ‘Dat moet ik ook kunnen’, zei de ezel. ‘Dat denk ik niet’, zei de beer.
De ezel probeerde het. Hij nam een aanloop, rende op de boom af, en stootte zijn hoofd. ‘Kedeng’, deed de boom. ‘Au!’ riep de ezel. ‘Tja ‘, zei de beer.
In drie woorden
Eenvoudig, herkenbaar, toegankelijk
In meer woorden
Ezel en Beer zijn vrienden en maken van alles mee. Ze trekken veel met elkaar op en af en toe komen ze tijdens hun spel andere dieren tegen. Soms zijn ze zo onder de indruk van de andere dieren dat ze zichzelf erin verliezen. Maar telkens weer herpakken ze zichzelf als blijkt dat ieder zijn specifieke talenten en eigenschappen heeft. Zo ontdekt ezel dat hij niet geschikt is voor een winterslaap en weet beer na enige twijfel dat zijn dikke billen hem sieren. De verhaaltjes zijn afwisselend qua sfeer en setting. Soms  zijn ze ontroerend, een andere keer spannend, zielig, grappig, fantasievol of  feestelijk. Maar bovenal zijn ze herkenbaar voor de jonge lezer. Je gaat al lezende van dit duo houden.

De rode draad die door alle verhaaltjes loopt is wel dat ezel en beer echte vrienden zijn. Dit toont zich in allerlei gevoelens die deze hechte vriendschap losmaakt zowel bij beer als bij ezel. Ze geven om elkaar, houden daarom rekening met elkaars gevoelens en emoties maar kunnen ook ruzie maken, elkaar irriteren of (ongemerkt) kwetsen. Allemaal zaken die bij vriendschap horen want bij een echte vriend kun je gewoon jezelf zijn en mag je ook je minder fraaie kanten laten zien. En dit brengt ons dan naar de diepere betekenis van alle verhalen uit dit boek: als je jezelf kan en mag zijn voel je je veel gelukkiger dan wanneer dat niet zo is.

Kinderen zullen gevoelens en emoties herkennen, ze zijn immers uit het leven van alle dag gegrepen. Dat de omstandigheden veelal absurdistisch zijn en overgoten met een flinke dosis fantasie doet hier geen afbreuk aan. Soms eindigt de auteur een verhaaltje met een vraagteken, zoals bijvoorbeeld in het verhaal over de vogelpoep: “En de vissen wilden vast wel door een schone beer gevangen worden. Toch?” Dit soort vragen lokken uit tot een (filosoferend) gesprek over de gelezen tekst. Bovendien leren de kinderen op deze manier om tussen de regels door een tekst te begrijpen. Zo werk je aan tekstbegrip op een speelse manier. Qua taalgebruik en zinsopbouw zijn de verhalen zeer toegankelijk, de auteur gebruikt eenvoudige taal en korte zinnen. De 40 hoofdstukjes van elk hooguit 3 bladzijdes  worden opgevrolijkt met grappige tekeningen in eenvoudige stijl.
Door de korte hoofdstukjes is deze verhalenbundel uitermate geschikt om uit voor te lezen voor het naar bed gaan. Maar zeker ook op andere momenten zal je kind vanaf ongeveer 4 jaar ervan genieten.
Jenny Oreel op Kinderboekenjournaal.nl
PLUIZUIT.be
De beer en de ezel liepen door het bos, op zoek naar aandacht. Want ze hadden veel te vertellen. Niemand reageerde echter. Niemand wilde luisteren. Tot ze elkaar tegenkwamen. Ze besloten naar elkaar te luisteren. Ze gingen zitten en keken elkaar aan. En toen bleef het stil. Heel stil. Ze wisten niet meer wat ze wilden vertellen.
Dit verhaal is tekenend voor de heerlijke voorleesverhalen in deze bundel rond de 2 hoofdpersonages die elkaars hartsvrienden maar ook tegenpolen zijn. Zo verschillend als ze zijn, zo onmisbaar is de ene voor de andere, en omgekeerd.
Elk verhaal – 40 in totaal – is een gevoelig miniatuur van 2 à 3 pagina’s uit het leven gegrepen, met een fijne, ontwapenende humor en verrassende plots. Licht filosofisch en tegelijkertijd stevig en actief in het hier en nu.
De vele verhalen bulken van de emotie en de warme genegenheid tussen de 2 vrienden. De absurditeiten hoe zij met elkaar communiceren en wat ze samen beleven neem je met gemak voor waar aan, alsof het mensen waren als jij en ik. Met kleine kantjes en een eigengereid karakter. Maar steeds met de beste intentie om elk conflict samen te beslechten.
De luchtige prenten zijn al even absurd en grappig als de verhalen zelf. Hartog tekent met fijne lijntjes en een frisse inkleuring speelse figuren die de realiteit overstijgen. Zo prikkelt hij je eigen verbeelding met een fantasie die ruimte geeft.
Een knap geheel, goed voor vele uren heerlijk voorleesplezier, waarbij de 2 personages en de situaties snel in je hart en ziel kruipen, vol sympathie en medeleven.
PLUIZUIT.be Eric Vanthillo – mei 2023
FB Leerkracht Leeskracht
#toppertjeindeklas #musthave #voorlezen #zelflezen #eersteleerjaar #tweedeleerjaar #derdeleerjaar
 
Dit boek bleef even liggen op mijn stapel. Qua vormgeving springt dit boek er niet meteen uit met zijn witte achtergrond en zachte kleuren. Tip voor een volgende oplage alvast. De power en de ondeugendheid in het verhaal mag blinken op de cover!
Maar o wat is het schoon, dit boek. Ezel en beer zijn vrienden voor het leven die geen uitdaging uit de weg gaan. Het boek is opgebouwd uit veertig verhalen die zowel kunnen voorgelezen worden (vanaf een jaar of vijf) of die kinderen vanaf acht zelf kunnen lezen.
 
Hier pik je alvast een fragment mee uit het boek:
‘Kan jij me leren hoe ik in bomen moet klimmen?’ vroeg de ezel.
‘Ik kom gewoon aangerend,’ zei de beer, ‘en als de boom er is, dan ren ik door, maar dan omhoog.’
‘Dat moet ik ook kunnen,’ zei de ezel.
‘Dat denk ik niet,’ zei de beer.
De ezel probeerde het. Hij nam een aanloop, rende op de boom af, en stootte zijn hoofd.
‘Kedeng,’ deed de boom.
‘Au!’ riep de ezel.
‘Tsja,’ zei de beer.
 
#Leerkracht-Leeskrachttips:
#voorlezen: Dit boek nodigt uit om voor te lezen in de klas. Ideaal om elke dag een voorleesmoment in te roosteren in het eerste of tweede leerjaar. Zodra kinderen al wat meer leessnelheid behalen, kan je dan opbouwend enkele woorden/ zinnen/ een fragment uit het boek samen lezen. Na het lezen van dit verhaal kan je meteen een verteltafel in de klas plaatsen waar het verhaal kan nagespeeld worden met ezel en een beer. 
#zelflezen: Kinderen vanaf een tweede/derde leerjaar kunnen zelfstandig aan de slag met dit boek. De jongere lezers kunnen dit per twee doen, zodra kinderen een AVI niveau E4 halen, kunnen ze misschien al wel alleen met dit boek op weg. Ook hier is het fijn als kinderen al bekend zijn met de verhalen van ezel en beer. Zo kunnen ze wanneer ze zelf lezen meteen al steunen op de verhalen die voorgelezen werden.
 
FB Leerkracht Leeskracht/ Saar Beyens | Pedagogisch begeleider OVSG en leesbevorderaar
Mappalibri.be
5+ – Na het debuut van Aby Hartog, PAS OP voor de ezel en de beer (Zirkoon 2003) en het vervolg Dansen met de ezel en de beer (Zirkoon 2005) bleef het een hele tijd stil rond de twee dieren. Maar nu is er dus Luister naar de ezel en de beer, opnieuw een bundel filosofisch getinte dierenverhalen voor jonge kinderen.   

Het genre is al jaren populair, wat het niet eenvoudig maakt om er nog iets origineels aan toe te voegen. Hartogs eigen inbreng zit op de eerste plaats in de keuze van de hoofdfiguren, die los van elkaar vaak optreden in kinderboeken, maar niet als duo. De combinatie zorgt in elk geval geregeld voor humor. Opvallend is ook dat de beer hier vrouwelijk is en de ezel mannelijk. Minder verrassend zijn het motief van het eten en drinken (en feesten) en de levenslessen. De belangrijkste les, die in meerdere verhalen meegegeven wordt, houdt in dat je bent wie je bent en dat je dus niet moet willen zijn als een ander. Zo ondervindt de ezel dat een winterslaap niets voor hem is of dat hij beter een rare ezel is dan een rare vogel. 
  
Het meest expliciet komt die les naar voren in ‘Vlinders’, waarin de beer en de ezel zichzelf inspinnen als cocons omdat ze vlinders willen worden, wat natuurlijk niet lukt: ‘Er was niets veranderd. / Maar ze hadden wel iets geleerd. / Ze hadden geleerd dat ze geen rups waren.’ De droogkomische toon in de slotregel typeert veel van de verhalen. Die toon maakt van ‘Bomen klimmen’ voor mij een van de sterkste verhalen. De ezel wil net als de beer in bomen kunnen klimmen. Zijn pogingen mislukken keer op keer, tot hij woedend de boom omver schopt, zodat hij erop kan paraderen, al loopt ook dat uit op een finale ‘Kedeng.’ ‘Au!’ En ‘Tsja’. 
  
De verhalen bevatten nog andere levenswijsheden, onder meer over ruzie maken, boos zijn of vriendschap. Rond het motief van de vriendschap is me vooral het verhaal bijgebleven over de ezel die zich verkleedt als paradijsvogel. De reactie van de beer vertelt onnadrukkelijk iets belangrijks over echte vriendschap: ‘Eerst wilde ze hard lachen. Maar ze bedacht zich. De ezel was haar beste vriend, ook als hij er een beetje raar uit zag’. In dit verhaal maakt de auteur –net als in ‘Bomen klimmen’ gebruik van weinig woorden, maar die wel veel zeggen. Net die compacte stijl maakt dat de verhalen bijblijven. Op dit vlak kan de auteur zijn pen nog verder scherpen. Sommige verhalen bevatten nog te veel weinig zeggende zinnen (bv. ‘Dorst’ of ‘Vogelpoep’, met zinnen als ‘Wij moeten hier fluiten en doen, dat is onze taak!’) of verrassen te weinig op het einde (bv. ‘De vleesetende plant’). Toon Tellegen kan hier een goede leermeester zijn. 
Mappalibri.be, Jan Van Coillie, 5 mei 2023
Hebban
Op een dag werd de beer wakker.
Wat een mooie dag,, dacht de beer.
Dit is een dag om iets leuks te doen.
Ze rende naar de ezel…

Beer en ezel zijn vrienden. Ze zijn aardig naar elkaar en soms een beetje boos of eigenwijs. Hun avonturen lees je in dit nieuwe boek van Aby Hartog Luister naar de ezel en de beer. In dit prachtige boek staan verschillende korte verhalen die passen in de belevingswereld van jonge kinderen. Ze herkennen verschillende situaties, Sommige verhalen prikkelen de nieuwsgierigheid, om anderen wordt er gelachen of volgt er een kringgesprek. In elk verhaal vind je een kleine boodschap, een twist of een slimmigheidje.
Ontdek onder andere wat beer en ezel doen met een kist die ze vinden of wanneer ze aan het einde van de weg voor een berg staan. Lees wat er gebeurt met beer zodra het erg warm is of wanneer hij hoort dat hij dikke billen heeft. Bedenk mee of een winterslaap iets voor ezels is en lach mee wanneer beer en ezel zich omwikkelen tot een cocon. 
De verhalen zijn eenvoudig van opzet en een tot maximaal twee pagina’s lang. Heel fijn wanneer je even een paar minuten tijd over hebt. Er staan geen moeilijke woorden in. Jonge kinderen verplaatsen zich makkelijk in de situatie van het verhaal. Naast beer en ezel ontmoeten we andere dieren. Zo komen we een gordeldier, een wandelende tak, een olifant en een paradijsvogel tegen.
Kleine grappige tekeningetjes staan verspreid in het boek. Kun je je voorstellen hoe hoog beer staat wanneer hij elke keer een paar takken onder zijn poten bindt? Je ziet deze tekening zodra je het boek openslaat. Het zijn echt wel flinke stelten! Op de tekening bij het verhaal ‘een schransfeest’ zien we wat er zoal te eten valt. Voor elk wat wils. 

Luister naar de ezel en de beer
na het eerste verhaal wil je meteen meer!
Hebban, Jufelsie, 29 maart 2023, 5 sterren
denkkaravaan
Geestige filosofische dierenverhalen.
‘Luister naar de ezel en de beer’ is een bundel met 40 korte dierenverhalen over een ezel en beer die beste vrienden zijn. Ze kunnen niet zonder elkaar en brengen veel tijd met elkaar door terwijl ze vragen stellen, problemen oplossen en elkaar af en toe voor de gek houden.
Deze verhalen zijn een ontdekking! Ze zijn kort en lief, maar ook grappig en verrassend. Beer en ezel zijn nieuwsgierig van aard en dat leidt tot veel experimenten en humoristische situaties. Die twee hebben ook voor alles een oplossing: wanneer ze zo lang geslapen hebben dat het gras over hen heen gegroeid is, eet de ezel het gras gewoon op (hij is tenslotte een planteneter). Maar dat vindingrijke loopt toch ook al eens uit de hand: wanneer de ezel zijn poot breekt en beer meermaals vraagt er iets aan te doen, eindigt hij helemaal in het verband met een gesloten bek omdat beer het gezeur van ezel beu is. En in al dat vallen en opstaan, leren ze vooral hoe belangrijk het is om zichzelf te zijn en wat je kan betekenen voor anderen.
“Ik was op zoek naar iemand die naar me wil luisteren,’ zei de beer.
‘Ik ook,’ zei de ezel.
‘Maar er was niemand,’ zei de beer.
‘Bij mij ook niet,’ zei de ezel.
‘Ik wil wel naar je luisteren,’ zei de beer.
‘Ik ook wel naar jou,’ zei de ezel.
Ze gingen zitten en keken elkaar aan.
Het bleef stil. Heel stil.
Ze wisten niet meer wat ze wilden vertellen.”

Elke korte schets bracht een glimlach op mijn gezicht. Veel van de verhaaltjes zijn ook filosofisch en soms zit er een randje aan dat schuurt. Van wie is het water in de vijver? Wat is iemand missen? Kan je een berg verzetten?
Wat betekent nooit? Aby Hartog verweeft zo subtiel filosofische thema’s en gedachten, dat de verhalen spontaan prikkelen om verder na te denken. De tekeningen zijn eenvoudige lijntekeningen die met heel bijzondere tinten worden ingekleurd.
Een frisse aanvulling op de talrijke dierenverhalen en prima materiaal om kinderen aan het denken te zetten!
denkkaravaan.be, katrin
lees-wijzer.be
Na bijna twintig jaar publiceert Aby Hartog een derde bundel filosofische dierenverhalen, na zijn debuut PAS OP voor de ezel en de beer (Zirkoon 2003) en het vervolg Dansen met de ezel en de beer (Zirkoon 2005).
Het genre werd vooral populair in de kinderliteratuur door de verhalen over Eekhoorn, Mier en andere dieren van Toon Tellegen. Hartog lijkt geïnspireerd door de grootmeester. Ook bij hem zijn eten, drinken en feesten populair en wordt er in bomen geklommen. Dit laatste zorgt voor humor, die in veel verhalen aanwezig is. In ‘Zweten’ steekt de humor vooral in de overdrijvingen: ‘Ik zweet zó veel,’ zei de beer, ‘dat het onder mij regent van het zweet.’ Onder haar liepen allerlei dieren met parpaplu’s […] ‘Ik zweet zó veel,’ zei de ezel, ‘dat ik natte voeten krijg van mijn eigen zweet.’ Onder  hem zwommen goudvissen in een plas.’ De humor wordt wel vaker absurd, zoals in ‘De pufbloem’, waarin een paardenbloem de ezel uitfoetert omdat die zijn pluisjes wegblaast.
Ook eigen aan het genre van het filosofische dierenverhaal zijn de levenslessen. De belangrijkste les hier is dat je mag zijn wie je bent en dus niet moet willen zijn als een ander. Zo ondervindt de ezel dat een winterslaap niets voor hem is. Het meest expliciet komt die les naar voren in ‘Vlinders’, waarin de beer en de ezel zichzelf inspinnen als cocons omdat ze vlinders willen worden, wat natuurlijk niet lukt: ‘Er was niets veranderd. / Maar ze hadden wel iets geleerd. / Ze hadden geleerd dat ze geen rups waren.’ De droogkomische toon in de slotregel typeert veel van de verhalen. Die toon maakt van ‘Bomen klimmen’ voor mij een van de sterkste verhalen. De ezel wil net als de beer in bomen kunnen klimmen. Zijn pogingen mislukken keer op keer, tot hij woedend de boom omver schopt, zodat hij erop kan paraderen, al loopt ook dat uit op een finale ‘Kedeng.’ ‘Au!’ En ‘Tsja’.
De verhalen bevatten nog andere levenswijsheden, onder meer over ruzie maken, boos zijn of vriendschap. Rond het motief van de vriendschap is me vooral het verhaal bijgebleven over de ezel die zich verkleedt als paradijsvogel. De reactie van de beer vertelt onnadrukkelijk iets belangrijks over echte vriendschap: ‘Eerst wilde ze hard lachen. Maar ze bedacht zich. De ezel was haar beste vriend, ook als hij er een beetje raar uit zag’. In dit verhaal maakt de auteur –net als in ‘Bomen klimmen’ gebruik van weinig woorden, maar die wel veel zeggen. Net die compacte stijl maakt dat deze verhalen bijblijven.
lees-wijzer.be, Jan Van Coillie
Jong Literair Nederland
Met deel één over de hartsvrienden ezel en beer debuteerde Aby Hartog in 2003; deel twee verscheen in 2005. ‘LUISTER naar de ezel en de beer’ verscheen dit jaar als derde deel in de reeks. Goed nieuws voor vrienden van de vrienden.
Veertig verhaaltjes
In veertig korte verhaaltjes vertelt Hartog opnieuw over het dagelijkse leven van de ezel en de beer. Sommige dagen zijn voor de vrienden heel gewoon en op andere dagen gebeuren er juist bijzondere dingen. Op een dag vinden ze bijvoorbeeld een bal die een opgerold gordeldier blijkt te zijn. Of de ezel ontmoet een pufbloem die heel boos wordt als de ezel haar pluisjesbol wil uitblazen. Sommige verhaaltjes zijn filosofisch of poëtisch. Op een avond wil de ezel bijvoorbeeld graag het laatste licht vangen. In andere verhalen zijn de beer en de ezel juist praktisch. Ze verzetten simpelweg een berg omdat ze geen zin hebben om hem te beklimmen. Meestal zijn de ezel en de beer lief voor elkaar, zo zit de ezel naast de zieke beer en aait hij over haar hoofd. Maar af en toe zijn ze boos op elkaar, of op andere dieren. De beer is bijvoorbeeld boos op de vogels omdat ze haar wakker maken als ze wil slapen. Soms zijn de vrienden ook erg laconiek en grappig: ‘Ik heb zelfs pijn in mijn haren,’ klaagde de beer. ‘Dan knip je ze toch af,’ zei de ezel. ‘Je hebt er genoeg.’
Achterin het boek is een inhoudslijst opgenomen met telkens de titel van de verhaaltjes en een paginanummer. Handig om een bepaald verhaaltje uit te kiezen of terug te zoeken. Hoewel de lijst voorin opgenomen handiger zou zijn geweest.
 Hij heeft stijl
 Aby Hartog heeft een heel eigen vertelstijl. Hij gebruikt korte zinnen, wat de verhalen makkelijk te begrijpen maakt voor kinderen. Bijvoorbeeld: ‘Op een dag brak de ezel een poot. Een achterpoot. Vlak boven zijn hoef. Zomaar.’ Hier en daar wordt het ritme wel staccato en remt dit de vaart van het verhaal. De beer en de ezel praten ook met elkaar in korte zinnen,  voor kleuters erg herkenbaar, maar  de dialogen zijn soms wat stroef. Het telkens vermelden van de spreker vertraagt het verhaal en verstoort het ritme. Dat bemoeilijkt onder andere het vlot voorlezen.
Bijvoorbeeld: ‘Mooi,’ zei de ezel.
‘Ja,’ zei de beer.
‘Wat doe je?’ vroeg de ezel.
‘Ik loop,’ zei de rups.
‘Waarom?’ vroeg de beer.
‘Daarom,’ zei de rups.
Daarnaast gebruikt Hartog veel herhalingen. Die kunnen zeker functioneel zijn, maar soms wordt het wat veel van het goede. Bijvoorbeeld: ‘De ezel en de beer stonden op het pad. Links en rechts van hen stonden bomen. Natte bomen, op natte grond. En voor en achter hen lagen plassen. Diepe plassen. Natte plassen.’
Soms is het taalgebruik in de verhalen wat geforceerd. In een van de verhalen kruipt de beer bijvoorbeeld in het lege schild van een schildpad en wordt zo een ‘schildbeer’. Een beetje clichématig is de ‘beresterke’ beer in het verhaal ‘grasheuvels’. Sommige passages zijn wat uitleggerig: ‘Maar wakker worden, dat stukje tussen slapen en wakker zijn, dat vond ze maar niets.’ Het is ook wennen aan de beer die in dit boek een ‘zij’ is, hoewel ‘beer’ een mannelijk woord is.
Koppoters en stokmannetjes
De illustraties van Aby Hartog zijn even typisch als zijn vertelstijl. Hartog werkt hoofdzakelijk met inkt en aquarel. Zijn kleuren zijn vrolijk en hebben ook iets zachts en transparants. Hij werkt met lijnfiguren die doen denken aan de koppoters en de stokmannetjes in kindertekeningen. Dat zullen kleuters zeker herkennen en grappig vinden en de grappige figuurtjes natekenen, zullen ze ongetwijfeld ook leuk vinden.
Naar eigen zeggen schrijft Aby Hartog zo veel hij kan en kliedert hij het huis vol met zijn tekeningen. Naast kinderboekenschrijver en illustrator is hij jongleur, taartenbakker, schoolschrijver, boekpromotor en nog veel meer. Hij is daarenboven gék op taal en de oprichter van de website taalspeler.nl, waar je heel veel leuke taalspelletjes op kan vinden. Aby Hartog is duidelijk een creatieve duizendpoot met een grote passie voor taal en tekenen.
Levenslessen
De avonturen van de ezel en de beer zijn niet altijd even spannend. In sommige verhalen gebeurt er weinig of niets. Dat hoeft geen probleem te zijn, maar enkele verhalen hadden best wat meer pit en actie mogen hebben. In andere verhalen verstopt Aby Hartog onder de oppervlakte levenslessen, bijvoorbeeld dat je als je het echt wil, bergen kan verzetten. Of dat jezelf zijn en blijven, altijd beter is dan een ander kopiëren. Aby Hartog gaat ook zwaardere onderwerpen niet uit de weg, zoals bijvoorbeeld in het verhaal ‘doodziek’. Waarin hij het over de dood heeft op een hele gewone manier; zò dat kinderen er zich weinig of geen vragen bij zullen stellen of ervan schrikken. Fans van de ezel en de beer zullen ook van dit boek weer genieten.
Jong Literair Nederland, Miet de Bruyn